Datum | Activiteit | Lesgever |
TBD |
|
De theorielessen starten telkens om 19.30u!
Fles monteren en demonteren
De kandidaat moet op correcte wijze zelf ontspanner en trimvest op zijn fles kunnen bevestigen en er later weer van afhalen (otrimspanfuman). Tijdens de proeven met fles moet de kandidaat op geregelde tijdstippen het materiaal en de beschikbare instrumenten van zijn buddy controleren.
Gecombineerde proef
De kandidaat vertrekt van op de kant met een rechte voorwaartse sprong (in het diepe gedeelte) en komt onmiddellijk terug aan de oppervlakte. Hij neemt de ontspanner uit de mond en verwisselt die met de snorkel. Daarna zwemt hij zonder onderbreking 25 m aan de oppervlakte, tot in het ondiep. Daar steekt hij de snorkel weg en zwemt op ademautomaat 25 m aan de oppervlakte tot in het diep. Daar maakt hij een eendenduik en neemt op de bodem een stabiele houding aan. Op het OK-teken van de instructeur neemt de kandidaat zijn masker volledig af. Hij ademt driemaal, zet het masker terug op en blaast het leeg. Op een tweede OK-teken van de instructeur geeft de kandidaat teken "ik heb geen lucht meer". De instructeur biedt onmiddellijk zijn mondstuk aan. De kandidaat ademt 1 à 3 keer en geeft het mondstuk terug. De instructeur ademt slechts 1 keer. In het totaal reikt de instructeur driemaal zijn mondstuk aan. Vervolgens recupereert de kandidaat zijn ademautomaat, door een achterwaartse armbeweging en steekt hem opnieuw in de mond, blaast deze leeg en ademt. Op het teken van de instructeur: "Ik heb geen lucht meer" biedt hij onmiddellijk zijn mondstuk aan. De instructeur ademt 1 à 3 keer en geeft het mondstuk terug. De kandidaat ademt slechts 1 keer. In het totaal reikt de kandidaat driemaal zijn mondstuk aan. Ondertussen test de instructeur zijn eigen tweede ademautomaat en biedt deze aan. Vervolgens stijgen beiden gecontroleerd naar de oppervlakte, waarbij de kandidaat blijft ademen aan de aangeboden tweede ademautomaat, en de instructeur stevig onder de arm neemt (*). Aan de oppervlakte maken zowel de kandidaat als de instructeur het OK-teken naar de veiligheid aan de kant.
(*) d.w.z. dat de afnemende instructeur in het zwembad over een fles met twee ademautomaten moet beschikken, of minstens over een octopus.
50 m onder water zwemmen op ontspanner
De kandidaat maakt een rechte voorwaartse sprong in het diep, laat zich verticaal zakken tot op de bodem en legt 50 m onder water af, op ongeveer 50 cm van de bodem. Op het einde stijgt hij zoals voorgeschreven.
Proef met trimvest en 2de ontspanner
De kandidaat vertrekt van op de bodem in het diep. Hij trimt zich uit en blijft 30 seconden hangen zonder de bodem te raken of aan de oppervlakte te komen. Hij mag op geen enkel ogenblik zwembewegingen maken met zijn handen of voeten. Na elke poging vertrekt hij opnieuw van op de bodem. Na de laatste keer neemt hij op de bodem zijn ademautomaat uit de mond, schakelt over op zijn tweede ademautomaat en ademt nog 30 seconden op de bodem. Hij stijgt op deze ademautomaat langzaam naar de oppervlakte en zwemt naar de kant.
Equiperen en rechtopstaand dalen
deze proef mag in het zwembad of in open water uitgevoerd worden. De kandidaat moet zichzelf volledig equiperen en volledig uitgerust (minimaal abc-uitrusting, pak, duikfles met trimvest én correcte hoeveelheid lood) te water gaan. Hij gaat 'rechtopstaand' naar beneden (trimvest leeg laten, uitademen, lichaam verticaal, vinnen in het verlengde van de benen, armen desnoods boven water brengen) en trimt zich eenmaal uit zodat hij 30 seconden blijft hangen zonder de bodem of de oppervlakte te raken. eenmaal onder water mag hij/zij niet bewegen met armen of voeten.